De handhaving van de Wet-DBA, die de verhouding tussen ZZP’ers en inleners zou moeten regelen, is opnieuw langer uitgesteld. Dat meldt demissionair staatssecretaris Wiebes (VVD) aan de Tweede Kamer. Een nieuw kabinet zal er een besluit over moeten nemen. Veel glasbedrijven maken gebruik van een flexibele schil van vakmensen; met name glaszetters en glasmonteurs worden voor specifieke projecten of op piekmomenten ingeleend. Veel van hen werken regelmatig voor dezelfde onderneming en volgens de Wet-DBA zou dan sprake kunnen zijn van schijnzelfstandigheid.
De Wet-DBA had ten doel om de verhouding tussen ZZP’ers en inleners in ieder geval fiscaal duidelijker te maken: de ZZP’er dient een zelfstandig ondernemer te zijn en ook als zodanig door het inlenende bedrijf behandeld te worden. De uitvoering van de wet, via modelcontracten per branche, bleek echter slecht te werken. Ook dreigde een groot aantal ZZP’ers als verkapte werknemers te worden aangemerkt, waardoor inleners sociale lasten over hen zouden moeten afdragen. Dit leidde in bepaalde sectoren, waaronder ook de glassector, tot een inleenstop. De verwarring was zo groot dat Wiebes de hadhaving van de wet uitstelde om nader onderzoek te doen. Dat nadere onderzoek is er nu en ligt als een eindreportage bij de informateur. Wiebes durft er duidelijk zijn handen niet nogmaals aan te branden. Een nieuw kabinet zal moeten besluiten hoe de arbeidsmarkt en het functioneren daarin van ZZP’ers zoals glaszetters moet worden vormgegeven. Om daarvoor ruimte te creëren is hadhaving van de wet nu opnieuw uitgesteld, na het eerste uitstel tot 1 januari is er nu uitstel tot 1 juli 2018. Het is nog niet duidelijk of dit uitstel van de handhaving ook tot terugdraaien van de wet zal leiden. In de tussentijd worden wel overduidelijke gevallen van misbruik, uitbuiting en schijnzelfstandigheid aangepakt, verzekert de VVD-staatssecretaris.
