In het voortraject van een transformatie of nieuwbouw wordt tussen opdrachtgever, aannemer en glasbedrijf onvoldoende of zelfs geheel niet gecommuniceerd over de voors en tegens van de toepassing van drievoudige beglazing. Voor het probleemloos toepassen van dit glas, ook bekend als triple glas, is kennisoverdracht echter cruciaal. De voor- en nadelen van drievoudig glas op een rij.
Een paar jaar terug schreven we dat het slechts een kwestie van tijd was dat drievoudig isolerende beglazing isolerend dubbelglas zal verdringen van de markt. Zo ver is het nog niet. Maar voor het transformeren van bestaande bouw en de realisatie van energiezuinige en energieneutrale (woon)gebouwen zoals Nul Op de Meter-woningen (NOM-woningen) en Bijna Energie Neutrale Gebouwen (BENG), is drievoudig glas inmiddels de eerste keuze. En in 2020 dienen nieuwe gebouwen energieneutraal te zijn; dat kan alleen met dit type glas. Het aandeel van drievoudig glas groeit, al is dit nog steeds klein vergeleken met extra isolerende beglazing. Echter, met de aanscherping van de EPC-eisen komt de vaart er wel in. In 2015 is de EPC-eis aan de energieprestatie van gebouwen aangescherpt en aangepast in het Bouwbesluit. Voor woningen geldt een EPC-eis van 0,4. De aanpassing betekende een aanscherping van 20 tot 50 procent. De EPC voor utiliteitsgebouwen hangt af van de gebruiksfunctie en varieert van 1,1 tot 0,7.
Lees het volledig artikel in Glas in Beeld (nummer 3 – juni 2017) die deze week verschijnt. Nog geen abonnee? Vraag hier een proefexemplaar op.
